De artikelen 1 tot en met 12 vormen één geheel.
En nee, God geeft géén rekenschap tegenover de mens waarom Hij de ene zondaar nog eeuwen laat leven – Kaïn – en waarom Hij andere zondaars direct straft en oordeelt – Ananias en Saffira – en de mens moet er heel diep van overtuigd zijn, dàt God dat ook nooit tegenover wie dan ook zal doen. We zagen het bij Job: niemand als hij, vroom en oprecht, godvrezend en wijkend van het kwaad. Toch staat God toe, dat Job zeer zwaar verzocht wordt door de duivel, zijn volgelingen. En nergens zegt God, dat Hij Job onrechtvaardig heeft behandeld. Ook achteraf niet.
Hier staan de heel grote zaken naast elkaar: dat kleine schepseltje, de mens(heid), heeft getwijfeld aan het vaste Woord van de levende God. Herinner Genesis 1: ER ZIJ!!! En er wàs! Zó machtig is het gezaghebbende Woord van de levende God! Heeft God daarna niet talloze malen getóónd, bewézen, dàt voor Hem niets te wonderlijk is? En nu vallen we toch weer heel gemakkelijk in navolging van tallozen terug in dat ongeloof, die twijfel, en vervolgens schrappen we in Zijn Woord wat ons niet aanstaat, we trekken het Woord scheef door met enkele teksten aan de haal te gaan en tenslotte laten we ons door welsprekende en zeer geleerde mensen ompraten en overtuigen van hùn gelijk?
Daarnaast bewijst God, dàt Hij heilig is en heilig blìjft en geen onheiligheid verdráágt, nóóit! En daarom toont en bewijst Hij ons in de Bijbel dàt Hij de zondaar van deze aarde zal uitroeien, tijdelijk, eeuwig. Zie de zondvloed, zie Sodom en Gomorra, zie Ninevé. En had de Heere Jezus aan het kruis niet gebéden: ‘Vergééf het hun, want zij weten niet wat zij doen’, God had Zijn brandende toorn op dat moment over de aarde en haar bewoners uitgegoten! Hij gaf Zijn Zoon tot eeuwige verlossing voor ZONDAREN!!! die door hun zonde mìdden in de dood lagen en liggen en in onuitblusbare háát stoten ze Hèm uit??? Die bede heeft het oordeel uitgesteld, niet afgesteld.
Al die oordelen vertonen de eerste signalen van Gods brandende toorn in de hel, waar die toorn in alle hevigheid onuitblusbaar zal branden. En wees er vast van overtuigd, dat God dàn, dáár, elke zonde van elke zondaar zal vinden. Wat zal het geheugen aan al de gepleegde zonden helder zijn. Hoe klein denken mensen van God, als ze menen zich door verbranding, zelfvernietiging aan dat oordeel te kunnen onttrekken. Zou de levende God, Die sprak en het was er, gebood en het stond er, nú niet in staat zijn àlle mensen vóór Zich te roepen en vóór Zich te stellen???
Maar de doodsslaap is zo ontstellend diep, de gezindheid tot háát tegenover God zo intens. En nee, geen mens kan andere mensen wakker schudden tot waarachtige bekering. God vraagt waarachtige wederkeer, opdat de mens (opnieuw) èrkent, dàt Gods Woord volmaakt betrouwbaar is, dàt alle Woord van God uitkomt op Zijn tijd.
Het is waar, op heel veel vragen krijgen we van God géén antwoord. En voor mensen lijkt alles heel onrechtvaardig en chaotisch. Gelooft, vertrouwt u God op Zijn Woord, altijd, overal? Dan gelooft u ook, dàt God daar dwars doorheen Zich Zijn volk vergadert en beschermt en onderhoudt en veilig Thuis brengt. En inderdaad, God heeft de mens bekend gemaakt dat de geopenbaarde dingen zijn voor de mensen, de verborgen dingen voor God Zelf.
Dan is het rotsvaste geloof en het onwankelbaar vertrouwen in God, Zijn Woord de volmaakt waarachtige garantie en zekerheid, dàt God, Die niet liegt zàl doen wat Hij zegt en zàl uitvoeren wat Hij belooft. En nee, dan hoef ik niet te onderzoeken naar wat Hij voor ons verborgen houdt, maar dan vertróuw ik vàst, dat ook al dat verborgene bij Hem volkomen veilig is èn blijft! Ja, dan kunnen oceanen aan pijn en moeite en onrecht en leugen en chaos en haat dié zekerheid niet aan het wankelen brengen. Tegelijk dringt het steeds dieper tot mij door hoe onnoemelijk zwaar IK God beledigd en geminacht heb door ook maar één moment te twijfelen aan Zijn volmaakt betrouwbaar WOORD!
19 september 2015