Johannes 14:23 en 24 : ‘Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zo iemand Mij liefheeft, die zal Mijn woord bewaren; en Mijn Vader zal hem liefhebben, en Wij zullen tot hem komen en zullen woning bij hem maken. Die Mij niet liefheeft, die bewaart Mijn woorden niet; en het woord, dat gijlieden hoort, is het Mijne niet, maar des Vaders, Die Mij gezonden heeft.’
In deze tekst verbindt de Heere Jezus Christus het ‘bewaren van Gods woord’ en het ‘Hem liefhebben’ onlosmakelijk aan elkaar. Tegelijk de eenheid van de Heere Jezus met de Vader. Daarbij moeten we meteen scherp zien, dat het ‘bewaren van Gods woord’ veel meer is dan een oppervlakkig aan de buitenkant luisteren of gehoorzamen. Het ‘bewaren van Gods woord’ is onlosmakelijk verbonden met VERTROUWEN: vast vertrouwen, dat het woord van God absoluut betrouwbaar is omdat de God Die spreekt volmaakt betrouwbaar is.
Daarbij gaat de liefde voorop, liefde tot de Schepper, liefde tot Zijn woord. Zonder liefde blijft er weinig meer over dan een kil, zakelijk, afstandelijk, berekenend ‘vertrouwen’. Maar de liefde voegt zoveel toe, dat we God in liefde blind vertrouwen op Zijn woord, ongeacht de weg, die Hij ons wijst en doet gaan, omdat we overtuigd zijn, dat Hij onze wegen zó bestuurt en regeert, dat we veilig de bestemming bereiken: herstel van de volmaakte harmonie tussen God en mens, doordrenkt met zuivere liefde, bewerkt door het ene offer van onze Heere Jezus Christus, door welk offer Hij de toegang tot de troon van onze hemelse Vader weer opende. Zó kende de mens God vóór de zondeval.
God is Geest: Bron en oorsprong van alle kracht, leven, vrede, liefde en wijsheid, het volmaakte eeuwige Licht. Als mens kan ik ze alleen maar ná elkaar zetten, terwijl ze allemaal tegelijk volmaakt gelden en onverminderd van eeuwigheid tot in alle eeuwigheden dezelfde blijven.
Dan zegt de mens in de zondeval God zijn vertrouwen op, aan Gods woord zijn vertrouwen op, geeft hij zijn liefde niet meer aan God en Zijn woord, maar aan de duivel en zijn leugens.
Zondeval is dood: Ontbinding, totale ontbinding, los van God, met als vrucht: zwakheid, dood, oorlog, dwaasheid en onwetendheid, haat, de ondoordringbare diepe duisternis. Ook deze totaal, tegelijk in al haar doorwerkende ontbinding en ontwrichting van iedereen en alles.
Is er een radicalere breuk mogelijk? Eén die onherroepelijk en definitief is? Moet de mens niet meteen volmondig erkennen, dat de SCHULD helemaal en alleen bij hem, de mens, ligt? Moet de mens niet meteen scherp beseffen, dat hij die SCHULD onmogelijk kan goedmaken? Ja, en zó brengt God de mens weer op de knieën, zodat de mens tot waarachtig berouw en bekering komt.
Dan, beseffend de onnoemelijk hoge schuld die hij zelf onmogelijk kan voldoen, de toevlucht nemen tot onze Heere Jezus Christus, onze Borg en Middelaar en Zaligmaker, smekend, dat Hij ons in genade aanziet en opnieuw tot Zijn kinderen aanneemt. Dit alles bewerkt door de Heilige Geest. Zal deze genadige verlossing de mens niet vervullen met heilige vrees en eerbied en ontzag voor God en voor Zijn woord? Zó kent de wedergeboren mens Hem. En de hele Bijbel door zien we, dat dáárin de kern van de zondeval ligt. Lezen we zó Hebreeën 11, dan zien we inderdaad gewone mensen, die in blind vertrouwen uit vaste overtuiging doen wat de Heere hen opdraagt, geleid door de Heilige Geest. Tegelijk zien we, dat ze in die vaste overtuiging àl het andere wat er is van minder waarde achten. Daardoor zijn de juiste verhoudingen in beginsel weer hersteld: God liefhebben boven alles en de naaste als zichzelf. Hoe waar en heerlijk is het woord van Jezus: wie in Mij gelooft hééft eeuwig leven. En met dat eeuwige leven hier in begin herstel van kracht en liefde en vrede en wijsheid in Hem!
Is dat alles? Ja, dat is alles. Zo eenvoudig: God uit vaste overtuiging gehoorzamen op Zijn woord, uit grote liefde tot Hem. Aandachtig luisteren naar wat Hij zegt, zonder tegenspraak. Ook geen gehoor geven aan de tegenspraak van anderen, heel veel anderen, hoe schitterend verpakt en gebracht. Terug naar de Schrift. Niet meer, niet minder. Tot dàt grote doel hopen we het één en ander te publiceren, als God wil.
Maar er is en wordt toch al heel veel geschreven naar de Schrift? Ja. Toch blijkt steeds weer, hoe snel en gemakkelijk mensen zich laten meenemen op wegen, die niet naar de Schrift zijn. Dat zien we in de tijd van de Bijbel, dat zien we vandaag. Heb ik dan alleen de wijsheid in pacht? Nee, beslist niet. Toch is me de afgelopen decennia vele keren gebleken, dat vanuit de Schrift geargumenteerde bezwaren tegen afwijkende leringen, tegen vreemde praktijken, zonder gegronde weerlegging aan de kant werden geschoven. Langzamerhand werd steeds duidelijker, dat mensen, ook ambtsdragers, ook kerkelijke vergaderingen, die wel zeggen, schrijven, verkondigen, dat alleen het Woord van God gezaghebbend is, er vervolgens in de leer en/of in de praktijk van afwijken. Niets nieuws onder de zon.
Het verbazingwekkende is dan, dat niet rustig de Schrift geopend wordt en aangewezen wordt waarin de Schrift niet duidelijk is en waarin niet duidelijk te onderscheiden is, maar dat er steeds weer gewezen wordt op -, en verwezen wordt naar: personen, instanties, gewoonte, meerderheid, ‘iedereen’, traditie, enkele teksten die ‘het’ toch bewijzen. Het blijkt steeds weer hoe waar het woord is dat de Heere Jezus sprak: Niet wie zegt, maar hij, wie doet de wil van Mijn hemelse Vader. En daartoe begint het steeds weer: de Schrift kènnen, de levende God kènnen, uit en naar Zijn Woord.
Ieder mens moet zelf daartoe de Schrift bestuderen, biddend, smekend, dat de Heilige Geest ons hart en ons verstand opent, ons hart toegankelijk maakt, ons verstand gewillig maakt. Dan zijn er dodelijke gevaren: gemakzucht, het kan nog wel, later; zien naar andere mensen, die ‘het’ ook niet doen en toch echt christen zijn; grote zorgeloosheid als we ons zelf beoordelen tegenover zoveel anderen die zo en zo leven en praten, en toch door velen de hemel in geprezen en gepraat worden. De Heere Jezus heeft er ernstig tegen gewaarschuwd: smal is de weg, nauw is de poort die naar het leven leidt en weinigen zijn er die hem vinden. Hoe komt dat?
We hopen op deze en tal van andere vragen vanuit de Schrift het antwoord te vinden. Wilt u meelezen, graag. Wilt u mij corrigeren vanuit de Schrift, graag. Doel is, samen verder te komen in het waarachtig luisteren en leven naar de Schrift, het ootmoedig buigen onder het gezag van de levende God en Zijn Woord, op weg naar de bruiloft van het Lam, daartoe geleid door de Heilige Geest.